Wijsheid – dankbaar – samen

Vorig weekend was ik vast van plan om een blogartikel te schrijven en het is er niet van gekomen. Ik heb er geen tijd voor gemaakt. Of liever: de ideeën drumden nog te veel onder elkaar en ik kreeg het geheel niet geordend. Nochtans was ik zondagochtend, met het fototoestel in de hand, de mist ingewandeld in de vaste overtuiging dat de zon doorheen de stille grijsheid zou priemen. Ze liet zich niet zien.

Na een halfuurtje kuieren in het bos op zoek naar mooie mistige landschappen, was ik half ontmoedigd. Ik had zo gehoopt dat ik het bijzondere licht cadeau zou krijgen van de zon die door de mist heen breekt, het landschap dat wakker gestreeld wordt uit de herfstige immobiliteit, de zindering die door de takken en bladeren trekt naarmate de lucht blauwer kleurt… Niets daarvan gebeurde. Na het tiende landschap-met-mist had ik het zo’n beetje gehad, ik vond het wat saai worden, en vooral: ik pruilde als een misnoegde kleuter. Innerlijk dan.

Ik liet me toch nog verleiden tot een plaatje met een paar kale takken op de voorgrond (onscherp) en een golvende lijn van misschien wel gele en rode kruinen in een nevelsliert. De eigenzinnige autofocus (hij heeft zijn naam dus niet gestolen) zette scherp op de takken op de voorgrond. , de takken die ik dus onscherp wou. Het beeld kwam binnen als een tik tegen mijn voorhoofd. “Zo, zou je niet eens van dichterbij komen kijken?” Een druppel mist hing daar. Gewoon te hangen. Ze weerspiegelde haarfijn het takkenspel van de boom waar ze huisde, met het zachtgroene van het mistige landschap als ondertoon. Wondermooi was ze. Ze hing daar stil te wachten tot ik haar opmerkte. Of ook niet opmerkte, want wat maalt zij nu om een misnoegde hobbyfotografe die eigenlijk mistzonnen wou vinden…

Ik keek nog eens om me heen en rook de stilte die in het bos hing. De mistslierten leken wel geruisloos “ssshhh” te fluisteren, de symfonie van herfstkleuren aanmanend de adem in te houden. Nog even, ssshhhh, jawel, nog even sssshhh. Alles om me heen was als vertraagd, een landschap, een leven in slow motion.

“Zo buiten, zo binnen,” fluistert de mist. Of zijn het de knalrode vruchten die het stil uitbazuinen op een baslijn van tintelende dauwdruppels? Dat is precies wat mij de voorbije dagen zo overviel. Op het ergerlijke af. Alles lijkt stil te staan. Ik heb hier heimelijk om gevraagd. De rollercoaster van het afgelopen jaar heeft zijn tol geëist en een aantal keer heb ik stil om een pauze gebeden. Nu krijg ik die. En precies dat ligt aan de oorsprong van het zeurderige gevoel in mij. Ik ben veel vertrouwder met rollercoasters dan met eindeloos lang een druppel hangen te wezen aan een misttak in een bos dat de adem inhoudt.

Mijn pas vertraagt. Ik luister naar het veelkleurige knisperen van de bladeren onder mijn schoenen, en pluk nog ettelijke foto’s van geduldige druppels. Mijn pruillip en mijn zoektocht naar door-mist-priemende-zon hebben plaatsgemaakt voor verwondering voor kleine diamantjes die je enkel ziet als je er de tijd voor neemt. En er de adem voor inhoudt.

Sereen wandel ik terug naar mijn auto, rijd naar huis en laad de foto’s op mijn computer. Ik zoom in op de meest geslaagde druppels. Zachte muziek ruist op de achtergrond. Net zoals er zacht op de achtergrond van mijn hart een stemmetje neuriet. Het ongeduld en de ongedurigheid van de afgelopen dagen waren net als het verlangen naar de zon die door de mist komt schijnen: zo heb ik het mij voorgesteld, daar wacht ik op, en als het niet gebeurt, dan ga ik pruilen. Op die manier stel ik mezelf niet open voor het geschenk van het moment. “Life is what happens while you’re busy planning it”, herinner ik mij een zin uit een voor het overige vrij banaal kerstfilmpje dat ik onlangs zag.

Goed, ik nodig mezelf uit om door het leven te proberen wandelen zoals ik door het bos wandelde, toen de dauwdruppel mij had verrast. Met open ogen, open hart, open oren. Helemaal aanwezig voor de magie van het moment.

Sindsdien rijgen kleine, magische momenten een snoer van pareltjes aan elkaar. Eentje wil ik je graag meegeven, lieve lezer, omdat het net zoals de dauwdruppel een cadeau is, dat ik eerst niet kon zien.

Afgelopen donderdag had ik voor mijn werk een opdracht in Leuven. Dat betekent ruim een uur sporen. Ik overwoog om in het krantenwinkeltje een Happinez te kopen als lectuur voor onderweg, toen ik mij plots herinnerde dat ik er drie liggen heb die ik nog moet lezen. Die heb ik namelijk meegenomen uit het flatje waar mijn mama woonde, toen we het ontruimden na haar heengaan. Ik had me toen al afgevraagd hoe mijn mama aan de Happinez kwam, en wat ze ermee moest. Mijn eigen ontwikkelingspad had ze naar mij toe vaker als flauwekul en hokuspokus afgedaan, dan er oor naar gehad. En dan liggen er dus drie nummers van de Happinez, magazines in diezelfde sfeer, op het boekenkastje naast haar bed? Huh?

Ik heb ze meegenomen, vol vragen hierover, vragen waar mijn mama nooit meer op zou antwoorden. Ze liggen nu op mijn salontafel. Ik wandel ernaartoe, neem de bovenste Happinez en lees het thema: dankbaar. Ergens in het universum slaat een mededogende Tibetaanse monnik op een gigantische gong om mij wakker te maken. Dankbaar… Vragen dwarrelen door mij heen. Wat zou het voor haar betekend hebben, dankbaar? Waarom komt het vandaag in mijn handen terecht, via haar nog wel? Moet ik mij die vragen zelfs maar stellen? Of kan ik in dit geschenk het mistige dauwdruppeltje zien en alles wat het weerspiegelt? Het mistige dauwdruppeltje dankbaar omhelzen. Er was veel van mijn mama dat ik nooit gekend heb. En nooit zal kennen. En toch ligt er op mijn salontafel een boodschap die ze mij onbewust heeft gegeven.

Onder “dankbaar” ligt “wijsheid“, en als laatste: “samen“. Als ze mij een spirituele Waze had willen meegeven, had ze niet beter kunnen kiezen. Wat was het fijn geweest, mama, om daar met jou openhartig over te kunnen praten. Maar die wens, dat is het verlangen naar zon die door de mist zou priemen. Als het er niet in zit, dan gebeurt het gewoonweg niet. Toen niet, omdat dat soort gesprek gewoon niet vlotte tussen ons. Nu niet meer, omdat je bent heengegaan.

De dauwdruppels zijn deze drie woorden, die ik vandaag pluk. Daarin weerspiegelt zich wat ik de laatste dagen zocht op de bodem van mijn hart. En hoe dan ook zijn die woorden via mijn mama vandaag in mijn handen beland.

Wijsheid tonen, dankbaar zijn, en het samen beleven met wie mij dierbaar zijn. Drie  dauwdruppels die een universum weerspiegelen waar ik in kan duiken, waar ik mij aan kan laven, waar ik geborgen in kan vertoeven.

De tijd staat even stil terwijl de Tibetaanse gong nog nazindert in mij. Het leven houdt even de adem in. Hoe moeilijk het ook soms is geweest, mama, voor mij om jouw dochter te zijn, voor jou om mijn mama te zijn, toch is het een geschenk. Alleen niet het geschenk dat we dachten dat het moest zijn. Ik wil dat loslaten. Ik wil het verlangen loslaten naar zonlicht dat door de mist heenstraalt, om de dauwdruppels te zien, om te vertragen, om de geschenken helemaal te ontvangen die het leven mij cadeau doet.

Mijmerend kijk ik door het venster. Daar is de zon.

Tot de volgende keer, lieve lezer.

MH

PS: Wil je graag de beelden zien bij dit verhaal? Je kan ze vinden op mijn Facebook-pagina: stille wereld in de mistdruppels, herfstlandschappen met mist.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Up ↑